6 vragen over de herinrichting Verlengde Middenraai


Lees hieronder meer over de herinrichting van de Verlengde Middenraai, gelegen in het Oude Diep.

1. Waarom wordt de Verlengde Middenraai ingericht als natuurgebied?

Het Natura 2000-gebied Mantingerzand is verdroogd. Tussen het Mantingerzand en het kanaal de Verlengde Middenraai ligt een voormalig landbouwgebied. We noemen dit gebied De Verlengde Middenraai. Door het water in dit gebied zo lang mogelijk vast te houden, ontstaat een hydrologische buffer. Dit voorkomt verdroging van het aangrenzende Mantingerzand en draagt bij aan het verbeteren van de kwaliteit van de vochtige heide, vennetjes en veentjes. Met het aanleggen van een ecologische verbindingszone worden de natuurgebieden Boswachterij Gees en het Mantingerzand weer met elkaar verbonden. Halverwege april zijn we gestart met de voorbereidende werkzaamheden voor het opstellen van een inrichtingsplan voor de Verlengde Middenraai. Naar verwachting start de uitvoering van de werkzaamheden in 2021.

2. Welke werkzaamheden worden uitgevoerd?

Voordat we maatregelen treffen, willen we eerst een goed beeld krijgen van de huidige situatie. Sinds lange tijd monitoren we de grondwaterstand. Op dit moment voert ingenieursbureau Sweco aanvullend onderzoek uit naar het grond- en oppervlaktewater en de bodemopbouw. Die informatie hebben we nodig om de effecten van maatregelen op natuur, landbouw, bebouwing en infrastructuur zo goed mogelijk te kunnen voorspellen. Op basis van het onderzoek worden maatregelen voorgesteld die leiden tot het bereiken van de natuurdoelen. In de schetssessie kijken we samen met u naar zogenoemde koppelkansen, zoals recreatiemogelijkheden. Uitgangspunten zijn het voorkomen van schade aan landbouwgebieden en dat inwoners en ondernemers van Nieuw Balinge droge voeten houden. Om eventuele ongewenste effecten, zoals wateroverlast, tegen te gaan worden compenserende maatregelen opgenomen.

3. Hoe weten jullie welke maatregelen effectief zijn?

Om te bepalen welke maatregelen effectief zijn, maken wij gebruik van een rekenmodel. Het grondwatermodel MIPWA berekent de grondwaterstroming en de grondwaterstanden. In het model zijn alle (geo)hydrologische eigenschappen opgenomen die invloed hebben op het grondwatersysteem. Bijvoorbeeld de doorlatendheid van de grond, de dikte van de grondlagen en de ontwateringsmiddelen zijn ingevoerd. Ook de neerslag en de verdamping wordt ingevoerd. Op die manier kunnen we de grondwaterstanden – hier en op andere plekken in het gebied – berekenen. We rekenen verschillende scenario’s door en kijken naar de verschillen. We toetsen de effectiviteit van de maatregelen door de effecten te beoordelen ten opzichte van de gewenste effecten.

4. Hoe krijg je het Mantingerzand natter?

Het Mantingerzand ligt hoger dan de Verlengde Middenraai. Door het water in de Verlengde Middenraai langer vast te houden en daarmee de grondwaterstand te verhogen, verwachten wij dat het Mantingerzand natter wordt. Dat betekent dat we het water niet via het oppervlaktewater het Mantingerzand inbrengen, maar dat de waterstroom via de ondergrond verloopt. Bij de inrichting van het gebied houden we rekening met het hoogteverschil. We zoeken naar de meest optimale combinatie van maatregelen, zonder negatieve effecten voor de landbouw en de bebouwing.

5. Bij wie kunnen wij terecht als er onverhoopt toch wateroverlast optreedt - gedurende het project, maar ook na afloop?

Het uitgangspunt bij het maken van de plannen is dat u geen (water)overlast krijgt. Nadat het gebied is ingericht, worden de grondwaterstanden nauwkeurig gevolgd. Daarvoor dienen ook de reeds geplaatste peilbuizen. Voor het inrichtingsplan wordt een watervergunning bij het waterschap aangevraagd. Het waterschap beoordeelt of onderbouwing van het inrichtingsplan en de effecten ervan goed in elkaar zit. De werkelijkheid is soms echter anders dan voorzien.

In het inrichtingsplan zal worden opgenomen hoe er wordt omgegaan met onverwachte effecten van het plan en hoe de afhandeling van schades wordt geregeld.

Tijdens (de voorbereidingen van) de inrichtingswerkzaamheden kunt u voor vragen, opmerkingen of ideeën terecht bij Nynke Faber (Prolander) via n.faber@prolander.nl of (0592) 36 50 97.

6. Hoe kunt u deelnemen aan het inrichtingsproces?

Uw kennis over het gebied is voor ons van groot belang! Daarom inventariseren wij uw wensen met betrekking tot de inrichting van uw woon- en/of werkgebied. Waar mogelijk nemen we deze ideeën ook mee in het inrichtingsplan. Wilt u meedenken over de indeling van het gebied? Meld u dan vóór 6 mei aan voor de schetssessie via n.faber@prolander.nl. Na de zomer organiseren we een inloopbijeenkomst om de plannen te presenteren. Via direct contact en via de lokale en regionale bladen houden wij u telkens op de hoogte van de ontwikkelingen.